Elke aanvaring met potentieel gevaarlijke indringers leidt tot (epigenetische) aanpassingen in de T-cellen. Zo onthouden ze hoe ze een ziekteverwekker moeten bestrijden. De lymfocyten beschikken over een enorm immunologische ‘databank’ waarmee ze potentiële ziekteverwekkers te lijf kunnen gaan. Die kennis ligt opgeslagen in de genen. Het activeren van die kennis gebeurt vooral in de eerste levensjaren in de thymus [2].
In de thymus rijpen lymfocyten tot volwassen T-lymfocyten. In het epigenoom van de T-cellen ligt na verloop van tijd de kennis opgeslagen over de infecties en dergelijke die iemand in het verleden heeft doorgemaakt. Na de puberteit verschrompelt de thymus. Daarna kunnen er geen nieuwe T-lymfocyten ‘rijpen’ [2]. Om de immuniteit toch op peil te houden, gebruiken de T-lymfocyten een slimme methode: als volwassenen een infectie krijgen worden de lymfocyten opnieuw geactiveerd. Ze beginnen zich te vermenigvuldigen. Een deel van de 'nakomelingen' specialiseert zich tot geheugencel. Deze geheugencellen gaan erg lang mee, waardoor iemand lang na een doorstane besmetting beschermd is tegen ziekteverwekkers [2].
De belangrijkste training van het immuunsysteem vindt plaats door contact met het microbioom. Dat gebeurt met name in de dunne darm, waar de Peyerse platen zich bevinden (gebiedjes die rijk zijn aan afweercellen). Daar vindt - ook bij volwassenen - veel communicatie plaats tussen darmbacteriën en het immuunsysteem. Dit wordt crosstalk genoemd. Het is de taak van het immuunsysteem om goede bacteriën te vriend te houden. Deze gunstige bacteriën vullen alle spelonken van de darmwand. Zo wordt voorkomen dat ziekmakende bacteriën zich daar nestelen. En gebeurt dat toch, dan is het de taak van het immuunsysteem om de ziekteverwekkers eruit te werken met een heftige ontstekingsreactie. De blootstelling aan gunstige bacteriën is dus niet alleen een effectieve manier om het immuunsysteem ‘op te voeden’, het vormt tevens een lokale bescherming tegen ziekmakende bacteriën [2].
Voor een gezonde ontwikkeling van het immuunsysteem van baby’s is het belangrijk een goed microbioom te ontwikkelen. Het ontwikkelen van het microbioom begint al tijdens de zwangerschap en bij een vaginale geboorte zodra het maagdarmkanaal van het kind bevolkt wordt met de bacteriën afkomstig van de vagina, huid en darmen van de moeder. Bij een verstoring van het natuurlijke proces, zoals een keizersnede of antibioticagebruik in de eerste levensfase kunnen probiotica de ontwikkeling van het microbioom ondersteunen, voor een gezonde ontwikkeling van het immuunsysteem [1].
Lees meer over het gebruik van probiotica in de eerste levensfase in de vernieuwde probiotica monografie.
1. Natura Foundation. Probiotica [Internet]. Probiotica monografie. 2021 [geciteerd 5 mei 2021]. Beschikbaar op: https://www.naturafoundation.nl/kenniscentrum/monografie/47/probiotica
2. Browne PD, Claassen E, Cabana MD. Microbiota in health and disease: from pregnancy to childhood. Wageningen Academic Publishers; 2017. 346 p.